BRUIN (SHADOW) (n. n.)
TERM USED IN EARLY TRANSLATIONS
/FILTERS
LINKED QUOTATIONS
Quotation
40 Om den aerdt der Consten houden te vriende,
Makende Beeldt oft troeng’ alst mach ghevallen,
Soo sullen wy maken, datmen is siende
Een ander daer achter, jae al en diende {Oock op den Beelden te letten, die achter den principael voorbeelden staen, hoe sy op den gront staen oft sitten, oock achter een voortronie te maken een ander die bruyn comt, om d’ander doen voort comen.}
Oft en behoefde daer schier niet met allen,
Want dan sal moghen (als in doncker stallen)
Den beschaduwden achterstant te wijcken,
En ons voorbeeldt uyt te comen ghelijcken.
[D'après NOLDUS 2008, p. 72:] 40 Pour rester en harmonie avec la nature des Arts nous devons, en représentant une Figure ou visage, selon les circonstances, faire en sorte que soit visible une autre Figure au fond, oui, même dans le cas {Qu’il faut faire attention aux Figures qui se trouvent derrière les figures principales de devant, si elles sont debout ou assises. Et que derrière un visage du premier plan, il faut en disposer un autre, plus foncé, pour que celui-ci serve de repoussoir au premier.} où une autre présence n’est pas indispensable car alors, on obtiendra que (par exemple dans une sombre écurie) la Figure ombrée du fond semble s’enfoncer tandis que notre figure de devant ressortira.
Conceptual field(s)
Quotation
41 Oock behoorden wy sonderlingh te wachten
In d’History, soo wy elders ontblooten,
Dat wy over hoop veel schaduwen brachten,
Sonder soo schielijck te laten met crachten
Ons herde bruyn teghen claer licht aenstooten,
maer wel teghen graeuwen, dan eenen grooten
Deel vlack licht sullen wy oock t’samen hoopen,
Doent oock alst bruyn in’t graeu verloren loopen. {Te maken voor oft in midden een vlacke lichtheyt, die wedersijts afwijckt van graeu nae bruyn.}
42 Langh’ heeft voortijts gheregneert een disorden
Onder Schilders, als dwalighe ghesinten,
Dat hun Historien van verre worden
Aenghesien oft Marbre waer, oft schaeck-borden, {Dingen die so hart teghen bruyn licht comen, by t’schaecbordt vergheleken.}
Bringhende swart op wit, soo Druckers printen: maer nu comen d’Italy Mezza tinten
In u soo halfverwighe soete graeuwen,
Die’t achter allencx bedommelt verflaeuwen.
[D'après NOLDUS 2008, p. 72:] 41 Dans une Histoire, nous devrons nous garder tout particulièrement comme nous l’expliquons ailleurs de trop rapprocher les ombres, sans pour autant laisser la couleur sombre non mélangée se heurter de façon abrupte à la lumière claire : les tons intermédiaires gris sont alors conseillés. Nous devons aussi introduire une grande zone lumineuse sur le seul premier plan en la faisant se perdre dans les demi-teintes comme la couleur sombre. {Qu’il faut faire au premier plan ou au milieu une zone lumineuse plate, qui des deux côtés s’obscurcit graduellement.} 42 Il y a eu autrefois, et pendant longtemps, une confusion parmi les peintres aux idées erronées : leurs Histoires, vues de loin, ressemblent à du marbre ou à des échiquiers {Les œuvres dans lesquelles la lumière se heurte contre les parties sombres peuvent être comparées à un échiquier.} avec du noir sur du blanc, comme des feuilles imprimées. Mais à présent, les Mezzatintes arrivent d’Italie : de douces demi-teintes de couleurs mélangées, qui graduellement s’estompent vers le fond.
Bruyn is used here to describe the colour as well as the opposite of light, i.e. shadow. The citation is also placed under the colour brown. [MO]
Conceptual field(s)
Quotation
Dit is een wonderlick behulp onser ooghen; Ons ooghe schept eenen sonderlinghen lust in d’allerglinsterighste Coleuren, seght Maximus Tyrius {Dissert. xxxv.}, nochtans sal ons dit vermaeck een seer kleyn verghenoeghen toebrenghen, ’t en sy saecke dat men het aenghenaeme schijnsel van sulcken heldere verwe door een naebuyrige bruynte een weynigh soeckt te helpen.
[Suggested translation, Marije Osnabrugge:] This is an amazing function of our eyes; Our eye takes a remarkable pleasure in the most twinkling colours, says Maximus Tyrius {…}, nevertheless this entertainment will only give us little joy, unless one attempts to help the pleasing glow of such bright paint a little by [NDR: placing] a brown nearby.
In the English edition, this term is described as 'brown colour'. [MO]
Conceptual field(s)
Quotation
De duysternisse schijnt alhier anders niet te sijn, dan de bruyn-achtighe donckerheyd van een dieper schaduwe; even als het schijnsel gheleyt magh worden anders niet te wesen, dan de blickende helderheyd van een klaerer licht, Want indien wy een berd wit en swart te ghelijck overstrijken, seght Ioannes Grammaticus {In Lib. i. Meteorolog. Aristotelis.}, nochtans sal het witte altijd naerder, en het swarte verder af schijnen te sijn. Daerom plaghten oock de Schilders op aenmerckinghe van dit stuck, haer selven met swartachtighe of donckerbruyne verwen te behelpen, wanneer sy de verdiepte holligheyd van eenen bornput, van een reghen-back, van een gracht, van eenen grondeloosen kuyl, ofte iet sulcks meynen af te beelden: Wanneer sy eenighe dinghen in het teghendeel soecken te verhooghen, als naemelick de borsten van een maeghd, een uytghestreckte hand, de voeten van een springhende ofte loopende Paerdt, dan plaghten sy aen beyde sijden een ghenoeghsaeme schaduwe van swarte en bruyne verwen aen te wrijven, ten eynde dat dese ghedeelten door de naebuyrige verdiepinghe met een levendighe kracht van het tafereel mochten afsteken.
[Suggested translation, Marije Osnabrugge:] The darkness appears to be nothing else here, than the brownish darkness of a deeper shadow; just like the glow may be thought to be nothing else than the blinking brightness of a more clear light, Because if we cover a panel simultaneously with white and black, says Ioannes Grammaticus {…}, so the white will always appear to be closer and the black further away. Because of this, Painters, following this principle, manage themselves with blackish or darkbrown colours, when they attempt to depict the deepened hollowness of a cesspool, of a rain barrel, of a canal, of a bottomless pit, or something like that: When, to the contrary, they attempt to heighten some things, such as the breasts of a virgin, a stretched-out hand, the feet of a jumping or walking Horse, then they tend to add a pleasant shadow of black and brown paints, so that these parts can stand out with a lively power from the nearby depth.
Conceptual field(s)
Quotation
VI. Moetmen wel letten, dat het licht wel met malkander ghebonden is, en niet en werdt ghevonden hier een lichtje, daer een bruyntje, soo dat het schynt dat van verden niet te zijn als placken, maer de Schilderije moet dat hebben, dat van veers, als van by, zijn gheweldt kan ghesien werden. Waer van desen reghel een van de besonderste is.
VI. L’on doit bien veiller à ce que la lumière soit bien liée dans ses parties, et qu’on ne trouve pas ici une petite lumière [ndr. clair] et là un petit obscur, ce qui donnerait l’apparence des taches vue de loin. Mais la peinture doit avoir cela pour que sa force puisse être vue de loin comme de près. La règle de cela est l’une des plus particulières.
Conceptual field(s)
Quotation
{Waer op datmen inde Hooghsels voornamentlijck letten sal.} In haer gebruyck salmen dan voor eerst wel letten datmen niet op te veel plaetsen en hooge; maer eerst en voor al daer een Beeldt gansch inden alghemeenen dagh komt; d’ander Lichten moetmen uytstellen tot op ’t laetst: de verlichte party moetmen wat saghtelijck en eenparigh Hoogen, invoeghen datmen daer na noch andere stercke en voornaemste Hooghsels daer op setten soude konnen, en evenwel de algemeenen vlacken dagh behouden. Ten tweeden, datmen niet te sterck en Hooge, Ten derden, datmen die oock niet te na aen het Bruyn ofte Schaduwe, noch oock aen eenighe omtreck en set, ten sy in eenigh bysonder voorval van eenighe schitter of snel lichten, &c. om dieswil dat die andersins hart en stijf schijnen. Ten vierden, datmen de Hooghsels wel snel en kantigh maeckt, doch noyt daer veel ghehooght moet worden, het sterckste Licht op de kant, maer altijt een weynigh vande kanten af, om alsoo beter rondinghe te krijgen. Ten vijfden, draeght wel sorge om bequaeme grondt des Papiers tusschen u Hooghsels en Schaduwe te laten blijven;
[suggested translation, Marije Osnabrugge:] {What to mainly pay attention to, concerning the Highlights.} In its use one should foremost pay attention that one does not heighten on too many places; but especially there where a Figure comes into the common light; the other Lights should be postponed until last: the lighted part should be heightened softly and evenly – it may be added that one could place other strong and principle Highlights on it – and as such preserve the common flat light. Secondly, not to Heighten too strongly, Thirdly, not to place them too close to the Dark or Shadow nor to a contour, unless in the special case of some glittering or quick lights, etc. , because otherwise they will appear hard and stiff. Fourthly, to make the Highlights indeed quick and edgy, yet never in case a lot of heightening is necessary, [ndr.: placing] the light on the edge, but always a little bit away from the edge, to get a better rounding. Fifthly, make sure to leave an adequate ground of the paper between your Highlights and Shadow;
Conceptual field(s)
Quotation
{Vlak [n.d.r: het Schaduw] te legen}Maer 't zy gy met de schaduwen begint of eindicht, gy zultze by u zelfs in mindere en meerdere gaen verdeelen, en elke, na haer behoorlijke bruinte, op een vlakke manier aenwijzen: want door het te veel verdrijven, en in een smelten zou al uw werk koper worden; en gy zoud zelfs het oordeel daer af verliezen. Laet u geen kleyne kantigheden van een zachte schaduwe verveelen, noch dat een bruindere in't midden derzelve van naby ietwes stoot; want de kracht zal te grooter zijn, als gy 't wat uit de hand stelt, en gy zult gewoon worden deel tegens deel te vergelijken; en eindelijk meer nuts uit deeze wijze van doen rapen, als gy u oit zoud hebben durven inbeelden: daer gy anders, door het zoet verdwijnende gefutsel, gevaer loopt van geheel te verdoolen: gelijk aen menich edel geest, door een genegentheit van hun werk deurgaens met diepen en ophoogen te verzoeten en bekrachtigen, gebleeken is.
[BLANC J, 2006, p.111] {poser [ndr: les ombres] à l'aide de taches}. Mais que vous commenciez ou que vous terminiez par les ombres, vous devez les répartir, dans votre esprit, en fonction de leur intensité plus ou moins forte, et indiquer chacune d'entre elles par rapport au brun qui lui convient, à l'aide de taches.