EDEL (adj.)
FILTERS
LINKED QUOTATIONS
Quotation
Den Grondt der Edel vry Schilder-const: Waer in haer ghestalt, aerdt ende wesen, de leer-lustighe Jeught in verscheyden Deelen in Rijm-dicht wort voor ghedraghen
[D'après NOLDUS 2008, p. 11:] Principe et fondement de l’art noble et libre de la peinture : Dans lequel sa forme, sa nature et son essence sont présentées en vers à la Jeunesse avide d’apprendre
Conceptual field(s)
Quotation
12 Natuere gheeft somtijts haer Schilder-gaven
Daer tijdt noch middel is te moghen leeren,
maer noots bedwanck, om den cost te beslaven,
Dat sulck edel gheest moet blijven begraven,
Als verborghen schat, een jammer verseeren:
maer als gaef en middel te samen keeren
By oeffeningh, lust en stadich bevlijten,
Dan baert arbeydt versoetende profijten.
[D'après NOLDUS 2008, p. 14:] 12 La Nature dispense parfois ses dons pour la Peinture là où il n’y a ni temps ni moyen pour apprendre mais seulement la contrainte de gagner son pain. Qu’un esprit noble doive rester cacher, tel un trésor enterré, est lamentable. Mais si talent et occasion se joignent dans l’exercice, le plaisir et la diligence constante, alors le travail produit de doux profits.
Conceptual field(s)
Quotation
31 Nadien der Griecken en Romeynen Zele
Ginck tot Pictura soo vierich vermeeren,
Dat sy verboden met straffen bevele, {Leest hier van in’t leven van Pamphilus den Macedonischen Schilder.}
Datmen niet en soude, dan alleen
Ele Gheboren kinderen, t’schilderen leeren,
Soo betaemt dan noch wel, de Const ter eeren,
Alle deucht en beleeftheyt hun beneven, {Plutarchus seght ooc, dat Emilius Paulus, onder ander edel Consten, zijn Sonen leerde beelt-houwen en schilderen.}
Die nu den Edelen Pinceel aencleven.
[D'après NOLDUS 2008, p. 19:] 31 La passion des Grecs et des Romains pour la Peinture s’élevait à une telle ardeur qu’ils interdisaient sous de lourdes peines Lisez sur ce sujet la vie de Pamphile, le Peintre macédonien.} d’apprendre l’art de la Peinture à d’autres qu’à des enfants de noble extraction. Pour cette raison, il convient bien, à présent, en l’honneur de l’Art, que la vertu et la politesse les accompagnent, {Plutarque dit aussi que Paul Émile apprenait à ses fils, parmi d’autres arts nobles, la sculpture et la peinture. ceux qui, au noble Pinceau, se consacrent.
Conceptual field(s)
ANGEL, Philips, Lof der Schilder-Konst, Leiden, Willem Christiaensz van der Boxe, 1642.
1 quotationsQuotation
Ick sal dan de Lof van de Edele vrye Schilder-Konst, so veel dese uyre, en mijn swack vernuft, toe laten wil, uyt-breyen, U.E. die op offerende voor een S. Lucas gifte; daer meer vermaeck in nemende dan in het slampampen en onaerdige brassen, daer nu in't vyeren van desen dach, de Kitte-broers niet dan al te veel mede besich zijn.
[proposition de traduction, Léonard Pouy:] J’exposerai ainsi l’éloge de l’art noble et libre de peindre aussi longtemps que cette heure et ma faible intelligence l’autorisent, vous l’offrant en guise de présent pour la saint Luc, et y prenant ce faisant davantage de plaisir qu’en sombrant dans une orgie de nourriture et de luxure à l’instar des excès commis par les habitués des tavernes pour marquer ce jour.
Conceptual field(s)
Quotation
En al-hoe-wel dit [ndr: teyckenen met de Schrijf-Penne] selfs by veele Meesters is in Oeffeninge geweest, soo moetmen weten dat sy deselve meest hebben ghebruyckt, om veerdigh ende met stoute artseringhen haer dingen Meesterachtigh aen te wijsen, dat oock meest maer ruwe dingen en zijn, maer daer toe gebruycktmen oock wel in plaets van een Schrijf-Penn een Pen van Riet {Riet-Pen.}, (…) Men neemt in ’t gemeen de stucken tot de Pennen een Spanne langh, en versnijdt die als een Schrijf-Pen, datmen hier aen twee eynden kan doen, de spleet moet wat langhachtigh zijn op datse wat losser vloyen soude, en een weynigh fijn, om soo wel luchtige en Eele trecken, als breede en smeerige strijmen daer mede te konnen halen. Dese Riet-Pen is seer bequaem om Landschappen, Ruynen, ende andere rustige dinghen te Teyckenen; heeft een bysondere lossigheyt in ’t handelen, in ’t gemeen ghebruycktmen die met Roet en schoon Water, oock wel een wynigh gemeenen, ofte Oost-Indischen Inct daer onder, dat een aerdigh ghebroocken Coleur geeft;
[suggested translation, Marije Osnabrugge:] And although this [ndr.: drawing with a Writing-Pen] has even been practiced by many Masters, as such one should know that they have used it mainly to competently and with bold hatchings point out their things in a masterful way, which often are but rough things, but for this one also uses a Reed-Pen instead of a Writing-Pen {Reed pen.}, (…) For the pens one commonly takes a piece of a span [ndr.: circa 20 cm], and cuts it like a Writing Pen, which one can do here on both sides, the slit should be rather long for it to flow more loosely, and rather subtle, to be able to make airy and noble as well as broad and dirty stripes streaks with it. This Reed Pen is very adequate to draw Landscapes, Ruins and other calm things; it also has a particular looseness in handling, in general one uses it with Soot and clean Water, also with some general or Indian ink underneath it, which provides a nice broken Colour;
In this section Goeree explicitly discusses which choice of drawing material is best for each stage of the drawing process. [MO]
Conceptual field(s)
Quotation
Zy word van de natuur verkozen, en is van de bevalligheeden altyt geoeffent, om de waereld uitmuntende mannen te leeveren, voornamentlyk in deze Edele Konst, die zo veel Weetenschappen in zich behelst: Ja ik derf zeggen, dat ‘er geen Konst of Weetenschap in de waereld hoorde te zijn, of een volmaakt Schilder, dienden ‘er eenige kennis van te hebben. De Natuur verschaft aan de vaardige geesten, meer voordeel, dan de Leer-oeffening, aan d’anderen. Vind men niet meer voorbeelden van Doorluchtige Meesters in deze Konst, die op den hoogsten top geklommen zyn geweest, welke vrolijk en vol snakeryen waaren: dan van de geenen, die een zwaarmoedigen aart hadden? Raphael, Polidoor da Caravaggio, Leonard da Vinci, Peryndel Vaga, Parmezan, Primaticcio, Pietro de Corton, Tintoret, Giorgon, Lodewyk en Annibal Carats, Albaan, Bassan, Lanfranc, en meer andere; zyn die niet alle vrolijk en vaardig van geest geweest?
[suggested translation, Marije Osnabrugge:] They [ndr: talented artists] are naturally preferred and is always trained in beauty, to provide the world excellent men, especially in this Noble Art, which contains so many sciences: Yes I dare say, that there should be no Art or Science in the world, or a perfect Painter should have some knowledge of it. Nature provides the apt minds more advantage than the practice of learning provides to others. Does one not find more examples of illustrious Masters in this Art, who have climbed to the highest summit, who were happy and full of joy: than of those, who had a melancholic nature? Raphael, Polidoro da Caravaggio, Leonardo da Vinci, Perino del Vaga, Parmigianino, Primaticcio, Pietro da Cortona, Tintoretto, Giorgione, Ludovico and Annibale Carracci, Francesco Albano, Bassano, Lanfranco and many others; have they not all been happy and apt of mind?
ALBANI, Francesco
BASSANO, les
CARRACCI, Annibale
CARRACCI, Ludovico
DA CORTONA, Pietro (Pietro Berrettini)
DA VINCI, Leonardo
DEL VAGA, Perino (Pietro di Giovanni Bonaccorsi)
GIORGIONE (Giorgio da Castelfranco)
IL PARMIGIANINO (Girolamo Francesco Maria Mazzola)
IL PRIMATICCIO (Francesco Primaticcio)
IL TINTORETTO (Jacopo Robusti)
LANFRANCO, Giovanni
POLIDORO DA CARAVAGGIO
RAFFAELLO (Raffaello Sanzio)
It is unclear what exactly 'Zy' in the first sentence is refering to. This paragraph is ordered differently in the German translation. [MO]
Conceptual field(s)
Quotation
O Bedroefde tyd, O Amsterdam, waar is uw eertyds oude luister? Hoe zyt gy zo vervallen? Is ‘er geen lust of eerprikkeling meer in uwe onderdaanen? De Edele Schilderkonst die voor dezen in zulk een aanzien en agting gehouden wierd, werd nu niet meer in waardigheid noch om haar Deugden, betracht of gelieft, maar alleen uit nood en in schyn. Wat plachtmen de vertrekken, van uwe schoone Bouwgevaartens, O roem van Europa, met heerlyke konststukken te zien pronken, tot vermaak, verwondering, en leerzaame voorbeelden der aanschouweren.
[suggested translation, Marije Osnabrugge:] O dreaded time, O Amsterdam, where is your former glory? How did you decay so much? Is there no more desire or stimulus for honour in your inhabitants? The noble Art of Painting that used to be held in such regard and esteem, is no longer practiced or loved in dignity nor for its virtues, but only out of necessity and for its appearance. How one longs to see the rooms of your beautiful buildings, O glory of Europe, to be shining with delightful works of art, for delight, astonishment and instructive examples of its beholders.
Conceptual field(s)
Quotation
DEwyl de Schoonheid, het voornaamste en waardigste deel der Eedele Schilderkonst is [...] Dat de wyste onder de Aaloude haar hoogachting toegedraagen hebben, zien wy in Plato, welke dezelve achten te zyn een mensselyke glants, uit haar natuur beminnelyk, macht hebbende ons de geesten de oogen te ontrooven. Ia. Kato achten dezelve zo hoog, dat hy oopentlyk zeide, het geen minder zonde te zyn, haar te beschadigen, dan het was een Tempel te berooven.
[D'après DE LAIRESSE 1787, p. 73-74:] Comme la beauté est la principale & la plus noble partie de la peinture […] Les plus sages parmi les anciens, & Platon même, en ont parlé pour ainsi dire, avec respect ; & Caton a porté son enthousiasme pour la Beauté, jusq’à dire : « Que ce n’est pas un moindre sacrilège de dégrader la Beauté, que de violer & de profaner les temples des dieux ».