STERK (adj.)
FILTERS
LINKED QUOTATIONS
Quotation
Wanneermen nu Verlichterie Schildert, die men selfs Inventeert en Teyckent, Copieert, ofte dat men eenige Print-Konst natuerlijck wil Coloreeren, soo salmen oock altijdt acht geven op de eenparigheydt en vlackigheydt, en oock bysonderlijck op de houdingh, of voor en achter uytwijcken, ’t welck hier door t’onderscheyt der stercke en flaeuwe Verwen moet voortgebracht werden, met die vlack en proportioneel verminderende aen te leggen, sonder dat die eenige hardigheyt of stijvigheyt veroorsaecken.
[suggested translation, Marije Osnabrugge:] When one is Painting Illumination, that one Invents and Draws oneself, Copies or that one wants to colour some Art of Printing in a natural way, one should always pay attention to the evenness and flatness and also especially to the harmony, or moving back and forth, which should be caused by the difference between strong and weak Colours, by adding them flatly and proportionally diminishing, without them causing any hardness or stiffness.
In the English translation, this section is part of the Introduction to the second part of the book. The structure of this introduction is therefore different from the Dutch chapter (in the second edition of 1670, which we are treating here). Many of the terms are described in the English introduction, but no specific terms are used (for eenparigheid, vlakheid, houding). [MO]
Conceptual field(s)
Quotation
Ludovicus Davincy willende sijn Discipulen leeren hoe sy hun wegen hare Schilder-Konst by yeder een aengenaem souden maecken, niet teghenstaende sy van bysondere smaecken mochten wesen, gaf haer dese Lesse: Namentlijck dat sy in een en de selve Ordinantie, sommighe dinghen souden brengen die sterck geschaduwt, ende andere wederom die veel sachter aengetast waren, doch in sulcker voegen datmen de reden en oorsaeck van waer de stercke ende flaeuwe schaduwen voortquamen, klaerlijck kon bekennen.
[suggested translation, Marije Osnabrugge:] Leonardo da Vinci, wanting to teach his Disciples how they could make themselves accepted by everyone because of their Painting, notwithstanding they might be of a specific taste, gave them this Lesson: Namely that in one single Composition they would place things that are heavily shadowed, and others as well that were touched upon much softer, yet in such a way that one could clearly recognize the reason and origin from where the strong and weak shadows came from.
Conceptual field(s)
Quotation
{Wat zijn stuk in alles aan te leggen noodwendig.} Als een Schilder dit niet weet, zal zijn werk hem meester werden, en van de natuure afwijkende overhoop leggen, zonder sterk en flaauw, nabyheid en verheid behoorlijk te konnen verkrijgen.
{De ordre is verscheiden na de zaaken.} Men kan wel bevroeden, dat alle zaaken juist niet eveneens willen zijn behandelt, zommige die weinige veranderinge van verheid en nabyheid hebben, kan men op de kragt van de inbeeldinge door de gewoonte gevestigt, laten afloopen; maar nogtans niet in den aanvang van zijn konst-oeffeninge, zommige stukken hebben veele verschieten en gronden, als landschappen; daar ook de logt van onder (na de landschappen) na boven getempert worden, daar zijn bloemstukken, die veelerhanden en wonderlijke mengelingen van bloem en loof hebben; daar zijn kameren en beelden daar in, ook wel om geschiedenissen afte schilderen: die een Leerling ligt versetten; als zy in zijn ordre van aanleggen niet vast en is.
[translation: BEURS, en préparation, transl. Myra Scholz:] {Proper application of everything is necessary} If a painter does not know these things, he will lose control of his work, which will be chaotic and deviate from nature, having no balance of intense and subdued, nearness and distance. {Different subjects require different orders} As one can imagine, not all subjects should be treated in the same way. For some, with little difference in distances, one can simply rely on imagination as established by habit—but not when one is beginning to practice art. Some pieces have many gradations of distance and grounds, such as landscapes, where sky must also be applied in shades from the lower part (adjacent to the landscape) upward. There are also floral pieces with many amazing combinations of blossoms and leaves. There are interior scenes with human figures, also needed for historical paintings. All these can easily confuse a pupil who is not well versed in the order of application.
Conceptual field(s)
Quotation
{Stoffe deezes Hooftdeels.} ’t Is gantschelijk noodig, datwe een Hooftdeel maaken van allerhande zoorten van ligten en brand, die des nagts aangesteeken zijnde wonderlijk de omleggende lichchaamen doen tevoorschijn komen, en in zoo veelerhande verscheidentheid, datze onbeschrijvelijk is.
{Moeyelijkheid.} Daar uit ligt te verstaan is, dat de oeffeninge van deeze stoffe, om ‘er in tot eenige zoorte van volmaaktheid en vastigheid te geraaken, al vry swaar is, en dat ‘er om verscheide vertooningen van nagtligten wel uit te drukken veel overleg voorzigtigheid en beschouwinge van de natuir en ervarentheid van nooden is.
{Aanbieding van hulpe.} Wy zullen de Leerling eenige aanmerkingen van de voorname voorvallen ter hand stellen; om hen zoo op de weg te helpen; wel weetende, dat het gebruik en oordeel hier ’t voornaamste werk moeten doen.
{Algemeener aanmerkinge van nagtligt.} Alle schaduwen zijn hier sterk en kantig; en om in ’t gemeen wat te zeggen van toortzen, fakkelen en lampen; zoo weet, datze byna op eene wijze te behandelen zijn; […]
[translation: BEURS, en préparation, transl. Myra Scholz:] {Subjects of the this chapter} It is definitely necessary for us to devote a chapter to all kinds light and fire, which when burning at night lend the surrounding objects a wondrous appearance, and in so many different ways that they defy description. {Difficulty} It is obvious, then, that practicing this material in order to achieve some degree of perfection and competence is quite difficult, and that rendering various manifestations of nocturnal lights requires a great deal of thought, care, observation of nature, and experience. {Offer of assistance} We will provide the pupil with a few pointers about the most important types in order to help him on his way, knowing that practice and good judgment have to do most of the work here. {General remarks about nocturnal light} All shadows here are strong and sharp-edged. And to make a general statement about torches, firebrands, and lamps: They can all be dealt with in much the same way.[…]
Conceptual field(s)
Quotation
Voor myn besluit zal ik hier nog iets aanmerken, weegens vierderly byzondere manieren der Oude Antiken.
D’eerste Stark, Kloek, en Robust; dezelve is naagevolgt, door Michel Angelo, Karats, en ’t heele School van Boulogne; welke manier eigentlyk , van de Stad Atheenen oorspronkelyk is.
De tweede, Swak en Vrouwagtig, welke waargenomen wierd door Jan de Boullogne, en meer anderen; die men oordeeld van Korinthen afkomstig te zyn.
De derde, vol van Teeder en Bevalligheid; die men voorgeeft dat Apelles, Phidias en Praxitieles gevolgt hebben, welke manier in zeer groote agtinge gehouden wierd, en vast steld van Rhodes oorspronkelyk te weezen.
Met de vierde, wijst ons aan een grootse ommetrek, als mede Natuurlyk, Seedig en Korrekt; zynde naagevolgt door Raphaël, Pousyn, &c. en is afkomstig van Siconien, een stad uit Peloponnesen: is eygenthlyk zo tot volmaaktheid geraakt, om dat uit ieder manier het beste gekoozen is, en by een gevoegt is.
[suggested translation, Marije Osnabrugge:] For my conclusion I will discuss some things regarding the four specific manners of the old ancients. The first, strong, potent and robust; it is followed by Michelangelo, Carracci and the entire Bolognese school; which manner actually originated from the city of Athens. The second, weak and feminine, which was observed by Giambologna and many others; which one believes to come from Corinth. The third, full of tenderness and grace; which is thought to be followed by Apelles, Phidias and Praxiteles, which manner is held in very high esteem and is considered to originate from Rhodes. With the fourth, it shows us a great contour, as well as natural, virtuous and correct; being followed by Raphael, Poussin, etc. and originates from Sicyon, a city in the Peloponnesus: actually came to such perfection because the best was selected from each manner and combined.
APELLES
CARRACCI, Annibale
École bolonaise
GIAMBOLOGNA (Jean de Boulogne)
MICHELANGELO (Michelangelo Buonarroti)
PHIDIAS
POUSSIN, Nicolas
PRAXITELES
RAFFAELLO (Raffaello Sanzio)
Conceptual field(s)
Quotation
T: Zo is ‘t; Doch gy moet dat heel anders verstaan, het is wel waar voor ’t geene de handeling van ’t Kreon betreft; maar daar men hem [ndr: Annibale Carracci] in pryst, raakt voornamentlyk de Proportie, Ommetrek, en Muskulen: niet geaffekteert als d’eerste, maar Kloek.
S: Van wie was die andere dan?
T: Van Michel Angelo. Beziet deze nu.
S: Dat’s voorwaar een schoon en welgemaakt beeld, ik denk dat het mede van Karats is?
T: O neen; van Raphaël, Prins der Schilders.
S: Is dat Raphaël? Hoe eel, schoon en zeedig vertoont het zich?
T: Dat ’s waar. Nu hebt gy vierderly doorlugtige en korrekte Teikenaars gezien, en ieder byzonder van verkiezinge. Raphaël, in zeedig, en bevalligheid. Michel Angelo, Robust en sterk. Karats, kloek en deftig. Heemskerk, vast en zeeker.
[suggested translation, Marije Osnabrugge:] T [ndr: draughtsman]: That’s right; Yet you should understand it in a very different way, it is true for that which concerns the handling of the crayon; but that for which he [ndr: Annibale Carracci] is praised, mainly touches upon the proportion, contour and muscles: not affectated like the first, but strong. S [ndr: painter]: By whom was the first [ndr: drawing], then? T: By Michelangelo. Look at this one now. S: That is truly a beautiful and well-made figure, I think it is also by Carracci? T: Oh no, it is by Raphael, the prince of painters. S: Is that Raphael? How noble, beautiful and virtuous it shows itself? T: That’s right. Now you have seen four illustrious and correct draughtsmen, and all the different choices. Raphael, for virtuousness and grace. Michelangelo, robust and strong. Carracci, potent and solemn. Heemskerck, steady and certain.
CARRACCI, Annibale
MICHELANGELO (Michelangelo Buonarroti)
RAFFAELLO (Raffaello Sanzio)
VAN HEEMSKERCK, Maarten