Hier toe moet hy oock weten wat schoone ofte mismaeckte leden zijn, ’t geen uyt d’aenmerckingh van de schoonheden inde antique statuen geobserveert, kan geschickt worden. Wat dat bevalligheyt, grootsheyt en welstant aen een Beelt te wege brenght, ende voorts de mogelijcke buygingen, uyterste vermogen ende gebruyck van alle de leden en gewrichten met goede reden verstaen. Voeghter by dat hy oock kennisse behoorde te hebben door wat trecken, teyckens, ende opsichten men alle de passien en tochtige genegentheden van ’s Menschen herte, na de bysondere ontmoetinghe ende voorval kan uytdrucken